27 maart 2008

Titanic

Ik kan me de jeugd journaal aflevering nog herinneren waarin verteld werd dat ze eindelijk het wrak van de Titanic hadden gevonden. Vanaf dat moment speelde de tragedie van weleer tot mijn verbeelding. Niet lang daarna werd de eerste documentaire uitgezonden met beelden van het ooit zo indrukwekkende schip. Vooral die beelden maakte een behoorlijke indruk op mij. Ik vond het zo nu en dan zelfs even eng om er naar te kijken. Maar de situatie was net zoals bij een horror film. Het is aan de ene kant te eng om te kijken, maar aan de andere kant te spannend om dit niet te doen. Dat had ik destijds ook toen ‘The American weerwolf in London’ werd uitgezonden. Als kind had ik een hekel aan enge films (nog steeds eigenlijk), maar ik bleef toch kijken hoe het afliep. Maar sinds het zien van de eerste Titanic beelden krijg ik af en toe toch een vreemd naar gevoel als ik een scheepswrak zie. Normaal gesproken gebeurd dat natuurlijk niet zo veel, dus let je daar niet meer op. Maar ik kan me nog herinneren dat ik een duikcursus heb gehad (zo’n 10 jaar geleden). In een meer zwom ik op een gegeven ogenblik over een gezonken bootje heen. Het leek totaal niet op de Titanic, maar toch kreeg ik dat rare gevoel wat ik destijds ook bij die beelden over de Titanic kreeg.

Maar ik dwaal gigantisch af. Tijdens deze documentaire werd duidelijk verteld wat er die avond zich allemaal op het schip had afgespeeld. Ook het lot van de kapitein werd in geuren en kleuren verteld. In die tijd heerste de opvatting dat de kapitein altijd met zijn schip ten onder ging. Kijk, die mentaliteit sprak mij wel aan. Als het erop aan komt, dat je dan tot het bittere einde blijft door vechten. En dus niet je verantwoordelijkheden aan de wilgen hangt.

Nou was laatst natuurlijk de film Titanic weer op tv. Het romantische verhaal op zich vind ik niet zo interessant. Als ik dan toch naar een romantische film wil kijken, kijk ik liever naar een romantische komedie. Maar het laatste stuk van de film, waarin te zien is hoe het schip zingt, was daarin tegen wel interessant. De kapitein kreeg een life vest aangeboden van een van zijn collega, maar die weigerde hij. Hij liep naar de brug van zijn schip, en wachtte zijn lot af. Het water kwam op een gegeven ogenblik door de ramen heen, en dat was het laatste wat we van hem gezien hebben. Ook het verhaal over de band die maar bleef doorspelen vond ik erg indruk wekkend. Dat schijnt in het echt ook zo gebeurd te zijn. ‘Heren, het was een voorrecht om met jullie te hebben mogen spelen vanavond’. Dat waren de laatste woorden van een van de bandleden toen het water met grote snelheid op ze afkwam.

Mazzel

22 maart 2008

De LCARS 'look'

De schrik zat er natuurlijk flink in toen onze collega vorig jaar een hersenbloeding kreeg. Ook mijn chef besefte zich dat onze collega eigenlijk nog mazzel had gehad omdat wij er bij waren toen het gebeurde. Hij begon zich ook te realiseren dat mocht zoiets gebeuren tijdens iemand zijn weekend dienst, dat die desbetreffende persoon dan een stuk minder kans op overleven had. Elke zaterdag zit er namelijk altijd 1 persoon op de helpdesk om het fort te verdedigen. Dan ben je helemaal in je eentje, en kan er niemand snel reageren als er plotseling iets ernstig fout gaat.

Daarom kwam hij met het idee om voor de zaterdag diensten een laptop te regelen met een UMTS internet kaartje erbij. Daarmee kan je dan overal in Nederland draadloos internetten, en kan je dus de gehele planning beheren. Aan mij hadden ze gevraagd of ik dit even wilde testen. Het laptopje had ik zo aan de praat, omdat onze automatiseerder alles al had geïnstalleerd. Ik kwam dus zonder problemen op het internet en kon zonder problemen de overvolle planning van mijn buitendienst collega’s zien. Onze automatiseerder had mij verteld dat hij naast de laptop ook nog een ander apparaatje mee zou sturen. Dit was geen laptop, maar een ander type draagbare computer. Het is eigenlijk een kastje van ongeveer 30 bij 20 centimeter met een touchscreen scherm, en er draaide gewoon Windows XP op. Ook met dit apparaatje kon je, net als met de laptop, in heel Nederland internetten.

Mijn ogen begonnen te glunderen toen ik het kleine apparaatje voor het eerst zag. Onmiddellijk schoten er talloze mogelijkheden door mijn hoofd. Ik ben gek op gadgets met touchscreen mogelijkheden, maar tot nu toe had ik alleen nog maar full size computers gezien. De kleinere apparaten, zoals pda’s en mda’s, hebben allemaal windows CE erop, en daarmee kan ik niet zo erg veel. Dit was het eerste apparaat met een gewone windows versie. Mijn Star Trek passie kwam meteen naar boven, toen de machine was opgestart. Ik heb ooit een videobanden programma geschreven, voor de Star Trek afleveringen die ik zelf opnam. De looks van dat programma had ik van het Star Trek LCARS systeem af gekeken. Dit is een grafische interfase die ze voor de serie hebben bedacht. Dat systeem is gebaseerd op het touchscreen idee. Dus ik heb het video collectie programma er meteen opgezet. Toen ik het programmaatje opstartte, besefte ik me dat het apparaatje zo in een aflevering kon worden gebruikt.

Maar ik ging ook meteen verder denken. Met het apparaat kan je werkelijk overal internetten. Met een vpn verbinding naar de helpdesk, kan je dan overal in Nederland bij een bepaalde database komen. Ik zou dan bv op de Veluwe onze openstaande punten programma op afstand kunnen gebruiken. Mochten we het apparaatje daadwerkelijk gaan gebruiken, dan zal ik dat programma ook voorzien van de LCARS look. Kortom, de wereld van Star Trek met zijn super computers komt steeds dichterbij. Nu alleen nog maar wereld vrede en de uitvinding van de holodeck en de warp drive.

Mazzel.

14 maart 2008

De vier minuten grens

In de tijd dat Mark en ik nog samen zwommen, heerste hij over alle afstanden. Ik kon zo nu en dan nog wel eens weerstand bieden, maar de algemene records verdwenen toch al snel in zijn broekzak toen we onze zwemtijden gingen bij houden. Sinds dat hij is verhuist, heb ik de jacht op die records geopend, maar dat is geen makkelijke taak gebleken. Al moet ik zeggen dat ik het ook nooit als makkelijke taak heb gezien. Toch, stukje bij beetje, wist ik mijn persoonlijke records aan te scherpen, en bij de 250 en 500 meter kwam ik vorig jaar toch al aardig in de buurt. Het zwemdoel van 2008 was dan ook om er in ieder geval eentje van Mark af te kunnen pakken. Met de 250 meter ging het de eerste zwemavond van het jaar meteen goed. Het gat tussen onze pr’s werd verkleind tot nog maar 1 seconde. Een paar weken geleden haalde ik op de 500 meter er ineens 6 secondes vanaf. Dat gat is nu nog maar 2 secondes. Kortom, het moet er toch een keertje van komen.

Afgelopen week kon ik niet op maandag zwemmen, omdat we een vriend van ons te eten hadden. Hij is een van de drijfveren achter onze trouw kaartjes, en kwam ons wat soorten papier laten zien. De zwemavond werd dus verplaatst naar dinsdag. Overdag moest ik nog naar een klant in Ridderkerk. Ik zag daar een beetje tegenop, omdat de auto die ik van mijn collega leende, geen navigatie systeem had. Ik was al wel eens bij die klant geweest, maar ja. Wist ik me nog te herinneren hoe ik toen had gereden? Een maal in Ridderkerk aangekomen, hoefde ik maar een keer te gokken. Ik meende dat ik ergens links af moest, maar eenmaal bij het kruispunt aangekomen veranderde ik van mening, en ging toch rechts af. Dat bleek een goede zet geweest te zijn, want daarna wist ik me de route weer te herinneren. Zo, hoofdstuk 1 van de dag was goed afgelopen. Gelukkig ging het met de overige hoofdstukken ook goed. Het lukte me zonder problemen het programma van de klant over te zetten op een nieuwe pc. Het lastigste had ik wel voor het laatste bewaard. Ik moest zijn kassa systeem leeg maken, en daarna weer met het up gedate bestand vullen. Mocht dit dus mislukken, dan had ik een groot probleem. Aangezien ik het nog nooit gedaan had bij dit kassa type, en het bleek ook nog eens een andere software versie dan dat ik verwacht had, was ik dus wel even zenuwachtig. Ook deze fase verliep goed. Dus toen ik terug naar de zaak reed had ik wel het idee dat ik een mazzel dag had. Ik besefte me ineens dat ik die avond zou gaan zwemmen. De tijd 3:58 kwam plotseling in mijn hoofd op zetten. ‘Ja’, dacht ik bij mezelf. ‘Dat lijkt me wel een mooi nieuw persoonlijk record voor op de 250 meter’.

Eenmaal in het zwembad aangekomen, moest ik de 500 meter als eerste zwemmen. De eerste afstand van de sprint avond, gebruik ik altijd om in te zwemmen. Ik zette 8:47 op de klok neer. Ik had voor me zelf het gevoel dat ik rustig aan had gedaan, terwijl ik me ook perioden kan herinneren dat ik zowat een moord had gepleegd voor zo’n eindtijd. Daarna even lekker uitrusten op de kant. Dit doe ik meestal een minuut of tien. Daarna beginnen de zenuwen zich op te bouwen, en ben ik niet meer te stoppen. Het ‘I am ready’ gevoel kwam ongeveer bij de achtste rust minuut opzetten. Ik gleed weer in het water en wachte keurig dat de digitale seconde klok weer op 00 stond. Met een enorme explosie vertrok ik op de kortste sprint afstand van allemaal. Dus mochten lezers van deze blogfile afgelopen dinsdag een enorme knal hebben gehoord, dan was ik dat die door de geluidsbarrière heen zwom. Bij de 50 meter tikte ik aan op 43 secondes. Bij de 100 meter kwam ik door in 1:31. Ik had eigenlijk gehoopt dat ik onder die 1:30 zou doorkomen, omdat ik in had gecalculeerd dat ik bij de laatste twee/vier baantjes wel in zou storten. Maar ja, dit was niet gelukt. Bij de 150 meter kwam ik door in 2:19. Dit was wel weer goed, want ik wilde in dit stadium in ieder geval onder die 2:20 zitten, en liefs natuurlijk zo veel mogelijk. Bij de 200 meter zat ik op 3:08. Dit had ik totaal niet verwacht. Ik verwachte dus ongeveer nu wel de man met de hamer, maar die stond blijkbaar in de file op de A1, aangezien die dag daar het wegdek werd gerepareerd (wegens gladheid of zo). Ik zat nu op 2 secondes voorsprong op mijn eigen record schema. Ik hoefde nu alleen nog maar 54 secondes te doen over de laatste 50 meter, en ik had Mark zijn record geëvenaard. Maar ik voelde dat het nog steeds goed ging. ‘Alle remmen los nu’, bedacht ik mezelf. Met nog maar een meter of tien te gaan, kon ik aan de klok zien dat het verhaal goed ging aflopen. Ik zette uiteindelijk precies 3:58 op de klok neer. Kortom ik denk dat ik volgende week aan de Youri Geller show ga meedoen.

Record nummer 1 is Mark nu kwijt. Maar ik ken hem. Hij heeft me al verteld dat hij weer meer gaat zwemmen. Dit keer niet ‘gewoon’ baantjes zwemmen, zoals ik dat doe. Dit omdat het in zijn zwembad daar simpel weg te druk voor is. Hij gaat nu officiële zwemconditie training doen. Dus ik verwacht dat hij ongetwijfeld zijn record terug wil halen.
Mazzel

9 maart 2008

Wie is de Mol?

De meeste mensen zullen het programma waarschijnlijk wel kennen. Dit omdat het vrij populair is en ook omdat het al menig seizoen op de tv is te zien. Echter volgen Rachel en ik het pas een jaar of twee. We zijn er mee begonnen toen Frederique Huydts mee deed. Ik had op het nieuws begrepen dat zij toen overleden was, en dat het de vraag was of de laatste paar Mol afleveringen nog uitgezonden zouden worden. Toen Rachel en ik op een avond aan het zappen waren, kwamen we een zo’n aflevering tegen, en zijn dus toen begonnen met het zoeken naar de MOL.

Vorig jaar hebben we ons dus voor het eerst helemaal in het avontuur gestort. Het basis principe van het programma was wel duidelijk, maar echt oplettend kijken wie de Mol kon zijn, deden we niet. Ik had toen ook totaal geen idee wie het zou kunnen zijn, maar het volgen van al die ingewikkelde opdrachten was al vermakend genoeg. Dit jaar was dat anders. Ik zette al vrij snel mijn geld in op Edo. Ik vond hem wel een echte Mol type, die zich aardig op de voorgrond hield en zodoende nogal opviel. Echte duidelijke aanwijzingen had ik dus niet. Het was meer een gevoel, maar echt inhoudelijk hem in de gaten houden heb ik dus niet gedaan. Ik heb, nu dat het is afgelopen, het idee dat ik het dus weer te weinig mijn best heb gedaan om de Mol te ontmaskeren. En daar baal ik een beetje van. Zeker ook omdat ik er dus finaal naast zat. Tijdens de finale zitten er dan nog maar drie kandidaten in het spel. Ik zette mijn geld dus in op Edo, maar vond dat Regina het ook wel zou kunnen zijn. De derde kandidaat kon het volgens mij nooit zijn. Nou raad je het al (of weet het), dat hij (Dennis heette hij volgens mij), natuurlijk de Mol was. Ik ben dus compleet door de mand gevallen, en mocht er een Mol ontmasker diploma bestaan, dan zou ik met een 1 naar huis worden gestuurd. Gelukkig laten ze in de laatste aflevering altijd zien wat de Mol voor streken heeft uitgehaald om dus zo weinig mogelijk geld in de pot te krijgen. Kijk, dat was wel weer interessant voor het volgende seizoen. Zo kan je een beetje leren hoe een Mol ongeveer opereert.

Het spel is nu weer voorbij, en we zullen weer een jaar moeten wachten op de volgende reeks afleveringen. Mezelf heb ik beloofd dat ik er dan helemaal voor ga. Ik ga dan meedoen met die discussie/informatie sites op het internet. Ik ga een uitgebreide database aanleggen met achterliggende informatie van de deelnemers. In die database ga ik ook zoveel mogelijk overige dingen noteren. Zoals bijvoorbeeld wat voor kleren ze aan hadden. Wie het minste geld in de pot heeft gestopt. Kortom, zoveel mogelijk, in de hoop dat ik dan eindelijk de Mol in eigen persoon kan ontmaskeren. Met Rachel zat ik ook even te fantaseren dat ik misschien volgend jaar wel meespeel in de Mol. Dan moet ik in het komende jaar natuurlijk wel een bekende Nederlander worden, en dan nog uitgenodigd worden ook. Ik vroeg aan Rachel of het voor de hand lag dat een simpele helpdesk medewerker een bekende Nederlander kon worden. Haar gezicht sprak boekdelen. Kortom, de kans is het grootst dat ik volgend jaar gewoon voor de buis zit uit te puzzelen wie de Mol van 2009 is.
Mazzel.

3 maart 2008

3 maart 2007. De laatste dag van de hoop

Het is alweer een jaar geleden dat Rachel, ik, mijn moeder en mijn tante naar Alkmaar toe reden om mijn oom in het ziekenhuis op te gaan zoeken. Hij was van Hoorn naar Alkmaar over geplaatst omdat ze daar meer verstand hadden op het gebied van hersentumoren. Ik kan me nog herinneren dat het een mooie zaterdag middag was, met een glas heldere hemel, en geen zuchtje wind. Eenmaal in Alkmaar aangekomen was ik weer eens verbaast over de grote van het ziekenhuis. Ik was er namelijk wel eens eerder geweest, toen we Rachel haar oma gingen bezoeken. We moesten deze keer weer een aardig stukje lopen voordat we bij mijn oom zijn kamer waren. Het was een grote kamer, maar echt een leuk uitzicht of zo, had je niet. Als je in het ziekenhuis van Hoorn ligt, kan je (in sommige gevallen) de gehele stad overzien, maar dat was niet het geval bij de kamer waar mijn oom in lag. Mocht mijn oom zo ie zo geïnteresseerd geweest zijn om naar buiten te kijken, dan zag hij alleen maar de straat waaraan het ziekenhuis gelegen lag. Verder dus helemaal niets. Omdat hij die dag ervoor jarig was geweest, haalden we (op zijn aandringen) gebak bij het winkeltje. Dat was dus weer een hele wandel, maar dat maakte mij niet zo veel uit. Ondanks dat de vooruit zichten voor mijn oom er dus beroert uitzagen, ging ik in dit stadium er nog steeds van uit dat hij het zou halen. En dat we dit jaar gewoon weer bij hem op verjaardag zouden gaan. Ondertussen weet ik wel beter. Maar die middag van de hoop is mij toch altijd bij gebleven. En nu, een jaar later, weet ik dat het een vals gevoel is geweest. Maar volgens mij ook wel weer puur menselijk.

Het onderwerp gevoel (in het algemeen), bleef een belangrijke rol spelen in de tijd na zijn overlijden. En werd nog eens extra aangewakkerd toen Ramon zijn moeder ook nog eens kwam te overlijden. Periodes van optimisme (dat je iets van je leven moet maken), werden afgewisseld met pure machteloosheid. Ik kan me nog herinneren dat ik een paar weken na de begrafenis naar een klant toe moest. Ik had een geniale oplossing voor zijn probleem verzonnen, en was best trots op me zelf. De klant was er ook dik tevreden mee. Meestal, als ik dan weer terug ga naar de zaak, heb ik dan een voldaan gevoel. Zo van :Yes…goed gedaan. Maar dit keer sloeg dat gevoel in een keer om. Hoe het kwam weet ik niet, maar ik bedacht me ineens dat als die man morgen onder een auto terecht zou komen, er geen haan meer naar die oplossing zou kraaien. Een puur gevoel van nutteloosheid werd dus ineens van mijn meester. De energie die vrijkwam bij al die positieve en negatieve emotie uitspattingen, zette ik in de begin maanden, om in discussie vorm op het internet. Meestal zocht ik de meest fundamentalistische gelovigen op om met hen de spreekwoordelijke degens te kruizen. Van te voren al wetend dat het toch op een wellis nietes situatie zal uitlopen. Maar op die manier had ik het gevoel dat ik in ieder geval wat met die energie gedaan had.

Ik wil even afsluiten met het volgende: Een paar jaar geleden zag ik op Discovery Channel een documentaire over de stad Constantinopel. Deze stad was namelijk destijds omsingeld door een enorm Turks leger die de stad wilde aanvallen. Ondanks dat het er beroert uitzag voor de verdedigers van de stad, bleven ze ervan uit gaan dat de stad nooit zou vallen. Hun symbool (de volle maan) scheen die avond over de stad, en zodoende kon er niets gebeuren. Dachten ze, want wat ze niet konden weten was dat er die avond net een maansverduistering was. Toen het licht van de volle maan langzaam aan verdween, verdween ook de hoop van de verdedigers, en uiteinderlijk werd de stad veroverd. Op die 3de maart van 2007 hebben Rachel, Ramon en ik een maansverduistering bekeken. Niet wetend dat bij het verdwijnen van het maanlicht, ook de laatste dag van de hoop langzaam aan voorbij ging.

Mazzel