25 november 2008

De rode streep

Ik had het natuurlijk kunnen weten toen Rachel en ik op onze bruiloftsfeest klaar gingen zitten om naar de revue van mijn familie te gaan luisteren. Het verhaal over de rode streep kon daar natuurlijk niet ontbreken. Mijn zus kon dat, als lerares, natuurlijk perfect verwoorden. De toen nog hoogzwangere dame vertelde met een duidelijke stem, dat in het prille begin van mijn zwem carrière ik bepaalt niet gek was op water..Nou ja, het probleem lag niet zo zeer bij het water, maar meer met de diepte daarvan. Vroeger werd met een rode streep aangegeven waar het diepe begon, zodat ik dus die streep niet voorbij durfde.

Rachel wist dit trouwens helemaal niet, en was daarom enorm verbaasd. Haar Jeroentje is namelijk gek op zwemmen, en de gedachte dat dit ooit anders was, kon ze zich even niet voorstellen. Ik heb het haar eigenlijk nooit verteld, omdat ik me niet veel kan herinneren van die begin periode. De herinneringen die ik aan het zwembad met de rode streep heb, zijn altijd positief geweest. Het was echt zo’n ouderwets gebouw waarbij de kleedhokjes nog langs het bad stonden. Naast een klein binnenbad (van slechts 15 meter), was er ook een 25 meter lang buitenbad. In het begin van de zomer zaten mijn zus en ik dan flink te bibberen als we daar voor het eerst weer in moesten lessen. Mijn passie voor het onderwater zwemmen heb ik in dit bad opgedaan. Ik kan me herinneren dat ik voor de gein een keer wilde testen hoever ik onderwater kon zwemmen. Vol verbazing kwam ik bij de overkant weer boven. Ik rende meteen terug om te kijken of het geen toeval was geweest, maar dit was niet het geval. Weer stak ik het bad zonder problemen over. Toen heb ik mijn vader erbij gehaald, en heb het aan hem laten zien. Sinds die ervaring heb ik de ‘tik’ (je kan het een afwijking noemen) om alle zwembaden waar ik in zwem, dat ik die minimaal een keertje onder water moet zwemmen.

Maar aan alles komt natuurlijk een eind. Het oude bad bleek zo lek als een mandje te zijn, zodat de gemeente Wervershoof besloot om het in 1986 te laten slopen. Nog geen anderhalf jaar later stond er weer een nieuw bad, waar overigens Moniek en Tim hun diploma’s in hebben behaald. Maar als ik terug denk aan hoe ik mijn diploma’s heb gehaald, denk ik toch vaak aan het oude bad. Ik kan me zelfs de laatste keer dat ik erin gezwommen heb, nog herinneren. Na de les liepen we richting de uitgang van het pand. Ik wist dat het de allerlaatste keer was, en keek tijdens het lopen elke keer tussen de openstaande kleedhokjes naar mijn oude betonnen vriend. En je raad waarschijnlijk wel wat ik als allerlaatste zag…. Inderdaad.. dat was de ondertussen bekende rode streep.

Mazzel


19 november 2008

De aankomst

Afgelopen maandag zwom ik de allerlaatste baantjes voor mijn aankomst in virtueel Brunssum. In totaal zijn dat er 10312 geweest. Deze laatste zwemavond heb ik het overigens niet rustig aan gedaan. Ik had het zo uitgerekend dat de allerlaatste afstand van de tocht een 1000 meter zou zijn. Dit in de hoop om op het allerlaatste moment alsnog het record van Mark af te kunnen pakken. Het pakte helaas niet zo uit. Mijn vorm is nog steeds ver te zoeken. Met moeite kon ik nog net onder de 18 minuten grens blijven. De laatste paar baantjes heb ik daarom nog voluit moeten zwemmen ook.

Ondanks dat, tikte ik met een glimlach bij de kant aan. Niemand in het zwembad besefte dat de tocht der tochten nu tot een einde was gekomen. Ik bleef ongeveer een minuut aan de kant staan om het goed in me door te laten dringen dat ik het gehaald had. Ik besefte me ook dat het precies de plek was waar ik twee jaar geleden aan de tocht was begonnen. Ik herinnerde me dat ik destijds bang was dat met de afwezigheid van Mark, het zwemmen waarschijnlijk in de vergetelheid zou raken. Dat ik dus niet de discipline zou kunnen opwekken om in mijn eentje door te gaan. De door mezelf bedachte thema avonden en het Brunssum einddoel had dus weldegelijk zijn vruchten afgeworpen. Zo zag het er in het begin dus niet naar uit. Destijds was mijn vorm er nog veel slechter aan toe dan het dipje waar ik nu in zit. Maar langzamerhand ben ik daar helemaal uit gekropen. Toen de dip voorbij was, kwamen langzamerhand de bij behorende persoonlijke records. De stap daarna was dat ik natuurlijk er ook een paar pakte die oorspronkelijk in handen van Mark zelf lagen. De belangrijkste heeft hij nog wel. Dit houdt in ieder geval in dat ik nog een doel voor ogen heb.

De thema avonden blijven overigens ook. Al ga ik met de sprint avond nu ook langzaamaan het borstcrawlen invoeren. Bovendien ga ik twee nieuwe schoolslag afstanden uitproberen. Namelijk de 1500 en de 2500 meter…. De vreselijke 3000 meter zal het veld daarom wel moeten ruimen.

Toen ik maandag thuis kwam, werd ik opgewacht door een trotse Rachel die me meteen feliciteerde. Ze had helemaal specifiek voor mij een diploma gemaakt waarop het start en eind adres van deze tocht opstond. Je kan je voorstellen dat ik die goed bewaar en zo nu en dan even naar kijk.

Mazzel

14 november 2008

Kamer(s) op het zuiden

Toen ik nog een klein Jeroentje was, kon ik eens in de zoveel tijd een prachtige maansopkomst vanuit mijn slaapkamer bewonderen. Hij scheen dan precies op mijn bed, en dan deed ik altijd de gordijnen wijdopen zodat ik dit prachtige lichtspektakel kon volgen. Met het verloop van de avond, ging de maan steeds hoger aan de hemel staan, zodat ik elke keer een stukje in mijn bed moest opschuiven. Totdat hij volledig achter de muur was verdwenen. Pas dan deed ik de gordijnen weer dicht en ging weer lekker verder slapen.

In alle andere slaapkamers die ik erna had, stond de ligging van het huis nooit gunstig genoeg om van die prachtige maansopkomsten te genieten. Totdat ik op me zelf ging wonen, en toen een slaapkamer had die pal op het zuiden stond. De maansopkomst zelf zie je dan niet, want die komt in het oosten op. Maar regelmatig word ik gewekt als de lichtstralen de kamer binnen komen zeilen. Zo nu en dan genieten Rachel en ik samen van dit licht spektakel, en je misschien kunt je voorstellen dat dit erg romantisch is.

Een huis op het zuiden heeft trouwens nog meer voordelen. Ook de zon kan dan heerlijk in de kamers naar binnen schijnen. Zeker als het winter is, en hij niet zo hoog aan de hemel staat, kunnen zijn lichtstralen dan helemaal tot in de keuken komen. Als ik dan op een luie zaterdag ochtend (of zondag ochtend) naar beneden ga, zet ik dan altijd als eerst de ‘externe’ kachel aan. Ik draai dan de lamelle open en dan wordt de huiskamer heerlijk verwarmt. In gunstige gevallen loopt de temperatuur dan op tot boven de 20 graden, zodat de eerste paar uur van ons weekend de echte kachel niet eens aan slaat

Maar voordat ik in het weekend er zo ie zo uitkom, geniet ik eerst van mijn warme bedje. Het eerste gevoel als ik dan wakker word is meesterlijk. Half slapend besef ik dan dat het weekend is, en dat ik dus juist kan uitslapen. Half versuft kan ik zo nu en dan zien dat de zon onze glow in de dark muur beschijnt. Door de kieren en spleten van de lamelle verschijnt er dan een lichtafdruk op onze sterrenmuur. In de loop van de ochtend loopt het zonlicht dan langs de sterrenbeelden die op de muur zijn weergegeven. Het lijkt dan net een echte astronomische gebeurtenis, aangezien de zon in een jaar tijd ook door de sterrenbeelden heen beweegt. Als ik me op dit licht concentreer, kan ik het niet zien bewegen. Maar als ik dan even ben weg gezakt en weer wakker ben geworden, heeft de zon ondertussen de volgende sterren op het fictieve universum verlicht.

Ja, ik weet het. Ik ben een luie donder. Maar daar heeft de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand de eventuele lezers voor gewaarschuwd.

Mazzel



8 november 2008

De donkere toren

Ik had in eerdere blogfiles het al over mijn boeken traditie gehad. Als Rachel en ik op vakantie gaan, neem ik tegenwoordig altijd een boek mee om te lezen. Ook dit jaar had ik er eentje mee toen Rachel en ik op Kreta zaten. Ik heb het toen trouwens niet uit gelezen, en na de vakantie verdween het weer in de kast. Toen we laatst een weekje naar Centerparcs gingen, kon ik het mooi uitlezen. Ja, lezen blijft toch een vakantie traditie van mij.

Het boek van 2008, want zo kan je het wel noemen aangezien ik er maar eentje per jaar lees, was tot nu toe nog het meest vreemde boek wat ik ooit gelezen heb. De titel is :’De donkere toren’ en Stephen King is de schrijver. King is natuurlijk een bekende schrijver. Hij heeft heel veel horror achtige verhalen geschreven waarvan er ook een aantal zijn verfilmd. Toen ik het boek kreeg, was ik daarom aanvankelijk niet onder de indruk. Aangezien ik geen horror liefhebber ben, was ik bang dat ik het verhaal misschien niet leuk zou vinden. Maar gelukkig viel dat reuze mee. Het verhaal gaat eigenlijk over een hoofdpersoon die de scherpschutter wordt genoemd. Hij is op zoek naar een donkere toren die hij overigens helemaal nooit te zien krijgt. Dit komt omdat het een verhaal is wat in meerdere delen wordt verteld. Er zijn dus meerdere boeken die over deze toren gaan. Maar of de scherpschutter in de overige delen ook voorkomt, weet ik natuurlijk (nog) niet. Naast zijn zoektocht naar de toren, zit hij ook achter een mysterieuze man aan, die de man in het zwart wordt genoemd. Deze man is een soort tovenaar en laat overal vallen voor onze held achter. Naast tovenaars komen er ook zombies, vampiers en geesten in het verhaal voor. Het was in dit opzicht een echte horror, maar ik vond het toch meer een soort actie boek. Ik hoefde elke keer als ik wat uit het boek las, niet bang te zijn dat the American weerwolf weer op visite kwam. Dat viel dus allemaal wel mee.

Ondanks dat het een spannend verhaal was, had ik soms het idee dat ik het niet helemaal kon volgen. Aangezien het over die fictieve monsters ging, gebeurde er soms dingen die bij mij nogal onlogisch overkwamen. Zo kon de scherpschutter een keer een geest verjagen omdat hij een stuk bot bij zich droeg. Al met al moest ik mijn aandacht er dus goed bij houden, anders was ik bang dat ik het niet meer ging volgen. Toch bleef het boek me boeien, zodat ik eigenlijk wel benieuwd ben geworden hoe het verhaal nu verder gaat.

Mazzel

2 november 2008

Het nieuwe seizoen

In principe ben ik niet zo’n sport fanaat. Ik volg dus niet elke week hoe Ajax het gedaan heeft, of wie er in het geel rijd tijdens de Tour de France. Er is eigenlijk maar 1 sport die ik echt op de televisie volg. En dat is het schaatsen. Dit doe ik eigenlijk al van kinds af aan. Het is er namelijk bij mij met de paplepel ingegoten. Mijn beide ouders vonden het ook altijd gaaf, en daarom stond de tv dan ook altijd aan. Vandaag de dag wordt er steeds meer van vertoont op de tv. Vroeger had je alleen het EK en WK allround, en dat was het in het algemeen wel. Vandaag de dag, kan je in de wintermaanden bijna elke week wel schaatsen zien. De diverse worldcup wedstrijden worden volgens mij allemaal uitgezonden.

Dit afgelopen weekend begon het nieuwe seizoen. En dat werd weer eens tijd. Ik heb namelijk al vanaf maart moeten wachten voordat ik weer een rijder over het ijs kon zien gaan. Het begon vrijdag al met onder andere de 5000 meter. Zaterdag moest ik voor de schalen helpdesk werken. Tegenwoordig hoef ik dan niet meer helemaal naar mijn werk te rijden, maar krijg gewoon een baby laptopje mee naar huis. Ik kon dus naast het inplannen van de storingen (en het maken van een order module die een klant heeft gekocht), de Nederlandse helden over het ijs zien schieten. Vooral zondag is altijd een belangrijke schaats dag. Niet alleen wordt dan meestal de 1500 meter verreden, maar ook de 10 kilometer. Dit vind ik persoonlijk de gaafste afstand om naar te kijken. Al weet je vandaag de dag eigenlijk wel wie die afstand zal winnen. Dat was ook dit keer weer het geval. Sven kan hopelijk ook de internationale top dit seizoen weer de baas. Maar dat zullen we nog even moeten afwachten.

Mazzel